Kerstkransjes
Ingrediënten
Bereidingswijze Kerstkransjes
Stap 1
Verwarm de oven voor op 175°C.
Stap 2
Hak de stemgember fijn.
Stap 3
Smelt de boter.
Stap 4
Klop het eiwit los.
Stap 5
Meng in een kom het zelfrijzend bakmeel met de havermout, de suiker, kaneel, kardemom, citroenrasp en een snuf zout.
Stap 6
Roer de boter erdoor en kneed alles tot een stevig deeg.
Stap 7
Rol het deeg tussen twee stukken bakpapier uit tot een lap van acht tot tien mm dik.
Stap 8
Steek met de krans-uitsteekvorm zoveel mogelijk kransen uit het deeg.
Stap 9
Leg deze met een paletmes op twee met bakpapier beklede bakplaten (of bak eerst de helft van de koekjes en maak daarna de andere helft).
Stap 10
Steek dan in het midden een rondje uit.
Stap 11
Bestrijk de koekjes dun met eiwit en strooi over de helft van de koekjes amandelen en wat suiker.
Stap 12
Strooi de fijngehakte gember over de andere koekjes.
Stap 13
Schuif een bakplaat met koekjes in de oven en bak de kransjes in de oven in vijftien tot achttien minuten goudbruin en gaar.
Stap 14
Bak daarna de koekjes op de andere bakplaat.
Stap 15
Laat ze uit de oven afkoelen op een bakplaat.
Stap 16
Bestuif de kransjes met suiker.
